Mensen die lijden aan resistente vormen van tuberculose (TBC), kunnen vanaf nu een meer patiëntvriendelijke behandeling krijgen. De wereldgezondheidsorganisatie (WHO) raadt het gebruik van deze nieuwe behandelingen – onder voorwaarden – aan. Hierdoor zijn onder andere pijnlijke, dagelijkse injecties niet meer nodig. KNCV Tuberculosefonds heeft bijgedragen aan deze ontwikkelingen en staat klaar om landen te ondersteunen met het introduceren van de nieuwe medicijnen en behandeltrajecten.
Resistente TBC: geen injecties meer
TBC is de meest dodelijke infectieziekte ter wereld, waar jaarlijks 1,5 miljoen mensen aan overlijden. Onnodig, want de ziekte is te genezen. In veel gevallen is daar een orale antibioticabehandeling van zes maanden voldoende voor. Resistente TBC is moeilijker te behandelen, omdat de bacterie tegen één of meer antibiotica resistent is. Voor deze patiënten was in veel gevallen een behandeling van minimaal negen maanden noodzakelijk, waarbij vier maanden lang dagelijks ook een pijnlijke injectie toegediend moest worden. Het alternatief was een behandeling van 20 maanden zonder injecties. Voor het eerst beveelt de WHO voor deze patiënten nu een volledig orale behandeling van negen tot twaalf maanden aan.
Extensief resistente TBC: kortere behandeling
Extensief resistente TBC is resistent tegen de meest gebruikte tweedelijnsantibiotica. De behandeling bestond tot nog toe uit zo’n zes verschillende medicijnen per dag, gedurende twintig maanden. Het nieuwe, zogenaamde BPaL-regime (LINK) brengt daar verandering in. Deze behandeling duurt slecht zes maanden. Het bestaat uit drie medicijnen waaronder het nieuwe medicijn pretomanid, dat werd ontwikkeld door TB Alliance. De WHO raadt het gebruik hiervan aan, onder voorwaarde dat het onder ‘operationele onderzoekomstandigheden’ wordt toegepast.
KNCV Tuberculosefonds: “Nieuw tijdperk”
“Operationele onderzoekomstandigheden wil onder meer zeggen dat er een bijdrage moet worden geleverd aan het wetenschappelijke bewijs voor toepassing van dit nieuwe behandeltraject”, aldus Kitty van Weezenbeek, directeur van KNCV Tuberculosefonds. “Wij hebben hier ervaring mee en staan klaar om landen te helpen met het introduceren van deze verbeterde behandelingen.”
Al jaren ondersteunt KNCV Tuberculosefonds wereldwijd de introductie van nieuwe geneesmiddelen en behandelingen. Het afgelopen jaar werd ook nauw samengewerkt met TB Alliance; het Tuberculosefonds verrichte studies naar de verwachtte acceptatie en de kosten voor het nieuwe BPaL-regime in Indonesië, Kirgizië en Nigeria. In Oekraïne en Tadzjikistan lopen al twee projecten ondersteund door het Tuberculosefonds om BPaL te gaan gebruiken; in negen andere landen assisteert het Tuberculosefonds bij de planning en het mobiliseren van de benodigde financiën om de introductie van deze kortere behandelingen zonder injecties mogelijk te maken.
Van Weezenbeek: “Dit markeert een nieuw tijdperk. Deze nieuwe behandelingen zijn een enorme verbetering voor zowel patiënten als hulpverleners. Wij willen er alles aan doen om ervoor te zorgen dat de mensen die deze levensreddende behandelingen nodig hebben, die snel en op een verantwoorde manier tot hun beschikking krijgen.”
Lees meer: statement KNCV Tuberculosefonds over WHO rapid communication on drug resistant TB.
