Is tuberculose altijd besmettelijk?
De tuberculosebacterie (TBC-bacterie) kan op veel verschillende plekken in het lichaam gaan zitten, zoals in de lymfeklieren, de nieren, de botten en de longen. Alleen longtuberculose, waarbij de TBC-bacterie in de longen is gaan zitten, kan besmettelijk zijn. Ongeveer de helft van de mensen met TBC in Nederland heeft longtuberculose.
Als we willen bepalen hoe besmettelijk iemand met longtuberculose is (geweest) voor zijn of haar omgeving, dan zijn er drie belangrijke punten:
De patiënt
Een TBC-patiënt is besmettelijk wanneer er schade is in de longen waardoor TBC-bacteriën via de luchtpijp het lichaam kunnen verlaten. Dat noemen we ook wel ‘open tuberculose’. Via de ademhaling kunnen zo TBC-bacteriën in heel kleine druppeltjes in de lucht worden verspreid. Vooral door te hoesten en te niezen kunnen veel bacteriën worden uitgeademd.
Besmetting kan alleen direct door de lucht plaatsvinden, als de ander de TBC-bacterie inademt. De bacteriën kunnen enige tijd in een ruimte blijven hangen, dat hangt bijvoorbeeld af van de ventilatie van de ruimte. Via bijvoorbeeld zoenen, seks, het delen van vorken of lepels en handen schudden is besmetting niet mogelijk.
Het contact
Hoe groot de kans is dat anderen besmet worden hangt ook af van hoe vaak je iemand hebt gezien en in welke ruimte dit was. Het risico op besmetting is veel groter als je bijvoorbeeld elke dag met iemand in dezelfde auto naar werk hebt gereisd, dan wanneer je iemand wel eens tegenkomt bij het boodschappen doen. Daarom zullen allereerst altijd de mensen worden onderzocht die veel contact hebben gehad met een persoon met besmettelijke tuberculose. Vaak zijn dit de personen met wie je samenwoont.
De gevoeligheid voor het ontwikkelen van TBC-ziekte
Gemiddeld ontwikkelt 5-10 procent van de personen die besmet is met de bacterie de ziekte TBC. Van iedereen die ziek wordt, wordt 80 procent ziek binnen de eerste twee jaar nadat ze zijn besmet. Bij de overige 20 procent gebeurt dit later in hun leven. De TBC-bacteriën kunnen namelijk tientallen jaren in een slapende vorm in het lichaam overleven. Mensen bij wie het afweersysteem minder goed werkt, zijn gevoeliger voor TBC. Dit zijn bijvoorbeeld mensen die besmet zijn met hiv (het virus dat aids veroorzaakt), mensen met bepaalde vormen van kanker, nierpatiënten, mensen die bepaalde medicatie gebruiken en kinderen jonger dan vijf jaar. De kans dat zij ziek worden na een besmetting met de TBC-bacterie is groter. Deze mensen worden met voorrang onderzocht wanneer ze contact hebben gehad met een besmettelijke TBC-patiënt.